Voorjaarsbijeenkomst op 28 april 2012 in Leuven

Op 28 april 2012 hielden we, de VVW (Vlaamse Vereniging voor Weerkunde – werkgroep weerkunde van de VVS), onze voorjaarsbijeenkomst. Deze ging door in Heverlee, in het GEO-instituut in Heverlee (Celestijnenlaan 200E).
Onze hoofdsprekers waren ook mensen van daar.

We startten met de weerbriefing door Geert Naessens. Vorige keer was het probleem dat “het weer” helemaal vast zat, en dat er dan ook niet zoveel over te vertellen was. Deze keer was het “een zootje”. Ook bleek de aankondiging vooraf “Nu de lente toch in het land blijkt te zijn””, een verkeerde uitspraak te zijn. In het westen van het land was het amper tien graden. Maar deze keer was er toch wel het één en ander te vertellen over het weer van nu en de komende dagen. De lente is er nog niet”

Dan kwam onze “eerste hoofdspreker” aan het woord, Matthias Demuzere, met het einde gebracht door studente Evy Smeets over haar (toekomstige) eindwerk. Matthias had het over het stedelijk warmte-eiland. Hij werkte hier voornamelijk rond in Australië. We kregen een uitleg wat de verschillende oorzaken zijn voor de hogere temperaturen in een stad. Een aantal kunnen natuurlijk wel geraden worden, maar het juist inschatten van de verschillende componenten is toch alles behalve eenvoudig. Het meten zelf bleek ook al niet zo eenvoudig te zijn. Naast het zuiver trachten te begrijpen wat er gebeurt, werd ook het onderzoek vermeld over mogelijke aanpassingen aan steden (groen) om dit warmte-effect te beperken, samen met enkele resultaten.
Evy sprak dan over haar onderzoek. Naar aanleiding van een Nederlands onderzoek, waar met de hulp van amateurgegevens het warmte-effect in Nederland in kaart gebracht werd, wordt dit ook voor België gedaan. Enkele leden van ons gaven reeds gegevens door, maar nog (veel) meer gegevens zijn gewenst. Mensen met uurlijkse temperatuur gegevens (maar graag meer dan dat) mogen contact opnemen met Matthias.

Voor de pauze werd nog de prijs van de weerwedstrijd gegeven aan de winnaar van vorig jaar (en organisator van de wedstrijd) Lars Vermeiren. Hij won (of koos voor) het boek dat we van het KNMI cadeau kregen: “Extreem weer!” van Jan Buisman.

Na de pauze kwam Bart Verhaegen aan het woord. De oorspronkelijke titel was “De ruimtelijke spreiding van onweersbuien in Vlaanderen”, maar het was meer dan dat. Het ging steeds over onweersbuien, maar dan zowel de spreiding over de tijd als de ruimtelijke spreiding, en Vlaanderen werd uitgebreid tot België. Het was een onderzoek dat nog liep, en eigenlijk moeten we nog twintig jaar wachten, vermits er dan pas voldoende tijdreeksen aanwezig zullen zijn om over “klimaat” te spreken.

Ten slotte was er nog een presentatie(-tje) over chemtrails (door Stijn Helsen), bekeken vanuit een kritisch bril, en hoe ze hier in België verdedigd worden. Een moeilijkheid is dat het tegendeel moeilijk bewezen kan worden (het is niet omdat de “strepen in de lucht” kunstmatige wolken kunnen zijn, dat ze het ook zijn). Ook is het duidelijk dat het erg moeilijk is om de chemtrail-aanhangers te laten luisteren naar tegenargumenten, ook al gaat het om aangeven van onmogelijkheden in hun eigen argumentatie.

We vonden het een geslaagde bijeenkomst, met dank aan het GEO instituut om ons daar gastvrij te ontvangen.

Deze pagina werd het laatst aangepast op 20 februari 2020