Voorjaarsbijeenkomst op 11 maart 2017 in Hove (Urania)
De opkomst in Hove was redelijk hoog, waaronder een delegatie van de VWK, onze Nederlandse collega’s.
Zoals gewoonlijk startten we met de weerbriefing, gegeven door Hugo Mathues. Terwijl het lenteweer juist aan het beginnen was, kregen we foto’s te zien van dezelfde tijd van het jaar maar dan vier jaar geleden. Toen was er veel sneeuw, met zelfs ijsdagen. Het kon dus anders… Van het lengteweer zouden we nog een tijdje kunnen genieten (voor wie dit het weer om van te genieten is).
De eerste spreker was Dr. Rozemien De Troch (KMI – en UGent) met een moeilijk klinkende titel “”. In tegenstelling tot de titel kregen we toch een presentatie in het Nederlands, met een inhoud die erg begrijpelijk gegeven werd, ook al was het de samenvatting van haar doctoraat.
Terwijl het Alaro- 0 model gemaakt werd voor weersvoorspellingen (waar we in een vorige bijeenkomst ook al over konden horen), kan dit model toch ook gebruikt worden voor klimaat-voorspellingen, waar het eerder gaat over weer-gemiddelden.
In het doctoraat werd er gekeken naar de kans op extreme neerslag enerzijds en anderzijds de kans op weertypes die leiden tot verhoogde luchtverontreiniging.
Voor dat laatste werd eerst gekeken in wat voor weertypes dit was, gevolgd door de kans op voorkomen. Het weertype waar het over ging, was kalm winterweer (en dus ook juist weinig neerslag in tegenstelling tot het vorige).
Voor de voorspelling werd gekeken naar één van de scenario’s van het IPCC rapport (“wat doet de mens in de toekomst?”, het A1B scenario. Dit is niet één van de meest recente, maar lijkt toch een realistisch scenario te zijn. Zowel de kans op extreme neerslag als de kans op verhoogde luchtverontreiniging zou verhogen.
Na de pauze en enkele mededelingen kwam Dr. Stijn Temmerman (UA) aan het woord. Eén van de mededelingen over een verwachte vloedgolf op de Durme. In Hamme was hierover veel aandacht aan besteed. Verrassend genoeg was Stijn Temmerman gespecialiseerd in dergelijke fenomenen, waardoor hij ook de geschikte persoon was om hier meer uitleg over te geven. Zijn presentatie zelf ging ook grotendeels over vloedgolven (en hun gevolgen), waardoor dit goed paste in zijn presentatie. Bovendien was hij zo flexibel om dit goed te laten inpassen.
Dit onderwerp was op voorhand niet duidelijk uit de titel: “Zeespiegelstijging in relatie tot het klimaat”. Het ging over de gevolgen van de zeespiegelstijging (die wel uitgelegd werd) die tot diep landinwaarts voelbaar kunnen zijn via de rivieren. In het verleden (en in sommige landen ook nu) werden overstromingen grotendeels vermeden door het bouwen en verhogen van dijken. Dit blijkt niet altijd het gewenste resultaat te hebben, en zelfs het tegengestelde effect. Plaatsen die vroeger konden overstromen, en nu afgedijkt te zijn, blijken te dalen (en worden dus nog gevoeliger voor overstromingen). Op verschillende plaatsen worden hierdoor andere methodes toegepast (evt. nog via proefprojecten). Zoals het verdronken land van Saaftingen worden overstromingsgebieden gemaakt, met vooral de woongebieden beveiligd met dijken (eenvoudig gesteld hier(!)). Er zijn dus mogelijke oplossingen, maar er moet wel wat land voor “opgeofferd” worden.
Ten slotte kwam XX aan het woord (en beeld). We kregen een fotoreportage, grotendeels gericht op “hevig weer”, maar samen met uitleg en hints om zelf goede foto’s te maken. Deze hints waren grotendeels algemene landschapsfotografie-hints, en zelfs fotografie in het algemeen.
Zo konden we genieten van een rijk geïllustreerde “les fotografie”. Met een zekere vertraging konden we de najaarsbijeenkomst geslaagd afsluiten. We danken hierbij Urania voor de gastvrijheid om ons goed te ontvangen.
Deze pagina werd het laatst aangepast op 20 februari 2020